donderdag 20 september 2007

Tot ik een ons woog

Bloedwaarden:
Rood: 5.7
Wit: 2.2
Plaatjes: 8 > transfusie

Medicijnen:

1 x Norfloxacine 400 mg
2 x Trisporal 100 mg
1 x Amoxicilline 750 mg

Andere zaken:
1 zakje bloedplaatjes

Negentig procent van de tijd die je doorbrengt in een ziekenhuis bestaat uit wachten. Het lijkt overdreven, maar het bleek vandaag niet ver naast de waarheid. Ik had een afspraak met dokter S. om 11:40 uur - dus dat betekende dat ik om 11:10 uur bloed moest laten prikken bij de daartoe uitgeruste afdeling en daarna mocht wachten op de dokter. Het was erg druk, er zaten veel patiënten om ons heen. Het niveau van hun gesprekken, hun onvermogen de namen van de verschillende hematologen uit te spreken en het feit dat ze dermatologie en hematologie niet goed uit elkaar konden houden maakten het wachten lang en deed mijn begrip voor artsen en hun onwilligheid patiënten als gelijkwaardige gesprekspartners te zien aanzienlijk stijgen.

Dokter S. had haast, dus we hielden het kort. Toch nog snel verteld wat ik gisteren in Leiden had begrepen, dat wordt tot de bodem uitgezocht. Mijn bloedwaarden waren redelijk, wit zelfs zo hoog dat ik mag stoppen met de medicatie - en de enge naalden, woei! - maar het niveau van mijn bloedplaatjes was zo laag, dat ik een transfusie nodig had. In het kielzog van dokter S. drentelden we naar de secretaresse, die ervoor ging zorgen dat de bloedplaatjes, die al klaar zouden staan, en ik samen op de tiende verdieping terecht zouden komen voor de transfusie. Rond 12:30 uur zat ik op een bed op afdeling 10B met een infuus in mijn arm, maar de bloedplaatjes waren nergens te bekennen. Een vriendelijke zuster vertelde me dat ze rond 13:30 uur werden verwacht. Grom!

Wachten dus. Op een bed, in een zaal met andere mensen. Ze waren allemaal sympathiek genoeg hun snater te houden, behalve een bejaarde vrouw die mij in eerste instantie aanzag voor een man - altijd een goede binnenkomer. Ze bleef maar kakelen, ook al reageerde ik op mijn geheel eigen norse wijze, die voor iedereen zonder vijf centimeter dik plaatstaal voor zijn of haar hoofd toch over het algemeen een teken is op te houden met praten en in een hoekje weg te kruipen. Slechts toen ze luidruchtig begon te snurken hield het geklets op. Helaas waren mijn bloedplaatjes er niet om 13:30 uur, maar pas om 14:30 uur. Ze liepen er snel in, dus even voor 15:00 uur stond ik buiten. Net op tijd, want ik was de vrouw bijna te lijf gegaan met mijn infuuspaal. Gelukkig maar dat er op de hematologie-afdeling slechts éénpersoonskamers zijn.

Och ja, ik ben geen aardig mens :)

Ook leuk: die injecties die ik mezelf moest geven hebben dan wel mijn witte bloedcellen laten stijgen, maar veroorzaken nu ook botpijn. Ja, ook dat bestaat. Elk bot in mijn lichaam doet pijn - ik wist niet dat ik er zoveel had. Ik hoop dat het snel wegtrekt, ik begin er een beetje van te balen dat ik tot nu toe elke mogelijke bijwerking van elk mogelijk medicijn lijk te hebben gehad. Blech.

5 opmerkingen:

Anoniem zei

Vast niet toevallig gekozen die titel van je stukje, "en wat weeg jij nou zoal jochie, on nee wijffie? Ja je ziet het ook tegenwoordig niet meer hè. Ze lopen allemaal op van die hakkuh". Liefie, tot zo (eind van de ochtend denk ik wel oké hè voor jou?).

Mitzy

Anoniem zei

Hai lieve zus,

Ellendelingen er bij zeg.
Ik 'blog' je later meer. Wil je even zeggen dat ik met je mee-leef.

Dag lieve Fret,

tot later
xxx, Mar

Anoniem zei

Lief (?) zusje,

Mopper de mopper (lucht de ellende hopelijk een klein beetje op). Na artsen, verpleegsters en baliemedewerkers krijgen nu ook onwetende (bange?) patienten er van langs. Gelukkig heb je je nog net weten te beheersen met die infuuspaal...
Had de arts enig idee waarom de bloedplaatjes het zo laten afweten? Nou, zusje, geen gehannes met de naald meer, ik wens je een zo-goed-als-het-kan weekend!
kus x

Anoniem zei

Hai lieve frederique

Ik krijg alleen maar meer bewondering voor je! hoe je alles beschrijft en doet. Ik mis je ook heel erg op het werk, ik hoop je snel te zien! Hou vol he!

Dikke kus en knuffel Natasja

Anoniem zei

Lieve Fret,

Daar ben ik weer. Laat je me weten of ik morgen (zaterdag) wat voor jou en Marius kan en mag doen?.'k bel je so-wie-so. Hopelijk voel je je een beetje redelijk.

Dag Fret, hele goeie, rustige nacht,
Dikke zoen, Mar